Léa Belooussovitch (Paris, 1989) s’intéresse au pouvoir des images, qu’elle puise dans le vaste univers de la presse et qui lui dictent ses sujets d’inspiration. Au départ d’images et de documents d’archive qui composent l’histoire collective et sauvegardent la mémoire d’évènements souvent tragiques, elle réalise des dessins aux crayons de couleurs sur un support inhabituel, le feutre de laine. Les caractéristiques de ce matériau influencent inéluctablement le rendu des scènes de guerre, de deuils, de fusillades, d’attentats ou de processions dont elle ne retient que les teintes et la symbolique lourde de sens. Les titres de ses œuvres demeurent tels des reliquats de ces sujets dont le spectateur ne reconnaîtra que formes et couleurs. À chaque dessin son agencement de tons inspirés du réel mais revisité pour basculer dans l’abstraction. Léa joue du contraste entre ces scènes de souffrance et le caractère séduisant et envoûtant de ses dessins.
Une opposition également présente entre la violence des sujets et la douceur du médium textile, traditionnellement associé à la sphère domestique et féminine. C’est particulièrement vrai lorsque la plasticienne utilise des supports comme le velours, la soie ou le satin, dont la brillance et la finesse ne dissimulent pourtant pas les scènes percutantes représentées. La série Facepalm montre des femmes accusées de crimes ou de complicité lors de la prohibition dans les années 1930 à Chicago, dont le geste connu sous le nom de face (visage) palm (paume de la main) incarne leur humiliation face aux journalistes à la sortie de leurs procès. Ici encore, Léa gomme le contexte historique et la temporalité des événements par un recadrage en close-up et des retouches. Car l’artiste aime laisser au spectateur un espace pour convier son imaginaire et redonner à ces images leur humanité. Elle porte néanmoins un regard critique sur le voyeurisme des médias et des réseaux sociaux, qui amplifient la position de vulnérabilité des victimes. Elle questionne dans le même temps notre rapport de répulsion/attraction à ces images et vis-à-vis de la violence. Si c’est généralement le vécu d’autrui qui intéresse Léa, au Carrefour des Arts elle avait au contraire réinterprété des images d’archives familiales révélant, comme à son habitude, sa vision personnelle du monde.
Léa Belooussovitch (Paris, 1989) is interested in the power of images, drawing inspiration from the vast world of the press. Using historical images and archive documents, often from tragic events, she creates drawings with coloured pencils, wool and felt. Such an unusual medium inevitably influences the presentation of scenes of war, mourning, shootings, attacks and processions, retaining only colour and symbolic meaning. The titles remain as remnants that are recognisable only as shapes and colours. Each work presents tones inspired by reality that tip over into abstraction. Léa plays with the contrast between these scenes of suffering and the seductive and bewitching character of her drawings.
There is a stark contrast between the violence of the subject matter and the softness of the textiles, a medium traditionally associated with femininity and domesticity. The shine and finesse of velvet, silk and satin serve to emphasise the powerful scenes depicted. The Facepalm series shows women accused of crimes or complicity during prohibition in 1930s Chicago, whereby the ‘facepalm’ gesture signifies their humiliation in front of journalists at the end of their trial. Here, Léa erases the historical context by close cropping and retouching, leaving the viewer space to use their imagination and give back the humanity to the images. Nevertheless, she takes a critical look at the voyeurism of the press and social media that amplifies the vulnerability of victims. At the same time, she questions our relationship between repulsion and attraction to such images and to violence. At the Carrefour des Arts, Léa worked in contrast to this interest in others, when she reinterpreted images from family archives with a more personal vision of the world.
Léa Belooussovitch (Parijs, 1989) is geïnteresseerd in de kracht van de beelden die zij put uit het uitgebreide universum van de media en die haar de onderwerpen van haar inspiratie dicteren. Uitgaande van beelden en archiefdocumenten die het collectieve geheugen vormgeven en de herinnering aan vaak tragische gebeurtenissen levendig houden, maakt zij tekeningen met kleurpotloden op een ongebruikelijke drager, namelijk wolvilt. De kenmerken van dit materiaal beïnvloeden onvermijdelijk de weergave van taferelen van oorlog, rouw, schietpartijen, aanslagen of processies, waarvan zij alleen de kleuren en de zwaarbeladen symboliek behoudt. De titels van haar werken zijn als het ware de restant van deze onderwerpen waarvan de kijker alleen de vormen en kleuren herkent. Elke tekening heeft zijn eigen schikking van tonen, geïnspireerd op de werkelijkheid maar herwerkt om ze te doen overhellen naar het abstracte. Léa speelt met het contrast tussen deze taferelen van lijden en het verleidelijke en betoverende karakter van haar tekeningen.
Er is ook een tegenstelling tussen de gewelddadige onderwerpen en de zachtheid van het medium textiel, dat traditioneel wordt geassocieerd met de huiselijke en vrouwelijke sfeer. Dit geldt vooral wanneer de kunstenares materialen gebruikt als fluweel, zijde of satijn, die niettegenstaande hun glans en verfijndheid de schokkende taferelen niet verhullen. De reeks Facepalm toont vrouwen die tijdens de drooglegging in het Chicago van de jaren 1930 werden beschuldigd van misdaden of medeplichtigheid. Hun gebaar, bekend als ‘facepalm’ (handpalm), belichaamt hun vernedering ten overstaan van journalisten bij het verlaten van de rechtszaal. Ook hier wist Léa de historische context en het tijdstip van de gebeurtenissen uit door beelden in close-up bij te snijden en te retoucheren. Want de kunstenares laat de toeschouwer graag de ruimte om zijn of haar fantasie aan te spreken en deze beelden hun menselijkheid terug te geven. Toch kijkt ze kritisch naar het voyeurisme van de media en de sociale netwerken, die de kwetsbare positie van de slachtoffers nog versterken. Tegelijkertijd bevraagt ze onze relatie van afkeer/aantrekking tot deze beelden en tot geweld. Hoewel het doorgaans de ervaringen van anderen zijn die Léa interesseren, herinterpreteerde ze in het Carrefour des Arts beelden uit familiearchieven, waarbij ze, zoals gewoonlijk, haar persoonlijke visie op de wereld onthulde.