Diego Herman (Bruxelles,1994) est diplômé de l’Académie royale des Beaux-Arts de Bruxelles. Dans son travail, il traite le paysage comme un sujet de peinture politique dans le sens où même si aucune figure humaine n’est visible, elle parle des hommes et de leur façon de vivre au sein du monde qui les entoure. L’importance de la limite et des frontières dans notre manière d’envisager l’espace est l'une des thématiques abordées par cet artiste belgo-mexicain qui exploite le motif du grillage comme symbole fort de l'entrave à la libre circulation des corps. Il y a trouvé un objet industriel qui par sa forme invariable fait partie du vocabulaire universel. Pour lui, la limite n'est pas seulement une ligne de démarcation entre deux entités. Elle est l'incarnation de la violence du monde contemporain. Lieu zéro de la relation, déni même d'une humanité commune, cette barrière est une guerre menée contre l'idée de mobilité et contre les corps qui ont eu le tort de se mouvoir. Son travail constitue une typologie de la frontière, qui va du mur infranchissable au trou béant en passant par différents stades de dégradation. En outre, ce motif lui permet de travailler de nombreux aspects de la peinture qui l'intéressent comme le mouvement, la lumière, le volume, la répétition, le jeu de transparences et de superposition des plans.
Diego Herman (Brussels, 1994) graduated from the Royal Academy of Fine Arts in Brussels. In his work, he treats the landscape as a political painting subject in the sense that even if no human figure is visible, it speaks about people and their way of living in the world around them. The importance of limits and borders in our way of looking at space is one of the themes addressed by this Belgian-Mexican artist who uses the motif of the fence as a strong symbol of the hindrance to the free movement of bodies. He has found in it an industrial object which, through its invariable form, is part of the universal vocabulary. For him, the boundary is not only a line of demarcation between two entities. It is the embodiment of the violence of the contemporary world. The zero point of relationship, the very denial of a common humanity, this barrier is a war waged against the idea of mobility and against the bodies that have had the mistake of moving. His work constitutes a typology of the frontier, ranging from the impassable wall to the gaping hole, passing through different stages of degradation. Moreover, this motif allows him to work on many aspects of painting that interest him, such as movement, light, volume, repetition, the play of transparencies and the superimposition of planes.
Diego Herman (Brussel, 1994) studeerde af aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten in Brussel. In zijn werk behandelt hij het landschap als een politiek schilderonderwerp, in die zin dat het, zelfs als er geen menselijke figuur zichtbaar is, spreekt over mensen en hun manier van leven in de wereld om hen heen. Het belang van grenzen en begrenzingen in onze manier van kijken naar de ruimte is een van de thema's die deze Belgisch-Mexicaanse kunstenaar aansnijdt, die het roosterpatroon gebruikt als een sterk symbool voor de belemmering van de vrije beweging van lichamen. Hij heeft er een industrieel object in gevonden dat door zijn onveranderlijke vorm deel uitmaakt van de universele woordenschat. Voor hem is de grens niet alleen een scheidingslijn tussen twee entiteiten. Het is de belichaming van het geweld van de hedendaagse wereld. Het nulpunt van de relatie, de ontkenning zelf van een gemeenschappelijke menselijkheid; deze barrière is een oorlog die gevoerd wordt tegen het idee van mobiliteit en tegen de lichamen die de fout maakten zich te verplaatsen. Zijn werk vormt een typologie van de grens, gaande van de onneembare muur tot het gapende gat, langsheen verschillende stadia van verval. Bovendien stelt dit motief hem in staat te werken aan vele aspecten van de schilderkunst die hem interesseren, zoals beweging, licht, volume, herhaling, het spel van transparanties en de superpositie van vlakken.